Indonesië komt in actie: 23 bedrijven bestraft voor bosbranden

Indonesië komt in actie: 23 bedrijven bestraft voor bosbranden

Indonesië heeft zeker 23 bedrijven bestraft voor het veroorzaken van bosbranden in het Aziatische land. Branden in september en oktober waren dermate groot dat 21 mensen omkwamen en hele delen van Zuidoost-Azië kampten met gevaarlijke smog. De straffen variëren van strenger toezicht tot permanente sluitingen.

Door: Redactie 22 december 2015, 15:43 - Bron: AFP, AP
Bosbranden in Indonesie


Van de 23 bedrijven, vooral exploitanten van pulphout- en palmolieplantages, hebben drie hun licentie verloren. Zij zullen hun ondernemingen permanent moeten sluiten. Bij zestien andere bedrijven zijn de activiteiten tijdelijk stilgelegd en dreigt eveneens permanente sluiting, mochten deze ondernemingen niet voldoen aan de brandveiligheidseisen van de overheid. Vier andere bedrijven kwamen er vanaf met een waarschuwing en verscherpt toezicht. Het ministerie van Milieu heeft dinsdag aangekondigd dat nog 33 andere bedrijven worden onderzocht en mogelijk vervolgd.

Hiermee toont Indonesië zich voor het eerst daadkrachtig als het gaat om het tegengaan van bosbranden. Brandend regenwoud is een jaarlijks terugkerend fenomeen in het land, maar tot nu toe trad de overheid er nauwelijks tegen op. Hooguit werden namen van verdachte bedrijven genoemd; tot intrekkingen van licenties kwam het nooit.

Dikke smog

De schade was dit jaar echter dermate groot dat een reactie van de Indonesische staat niet kon uitblijven. Tijdens de branden op Sumatra en Borneo in september en oktober besloeg het vuur een oppervlak van zeker 2 miljoen hectare (de helft van Nederland), een dikke smog veroorzakend die zich als een vlek verspreidde over Zuidoost-Azië, tot aan Thailand toe. Ecologische schade, 21 doden en meer dan een half miljoen mensen met ademhalingsproblemen waren het gevolg. Daarnaast bedroeg het economische verlies 16 miljard dollar (14,7 miljard euro), volgens een schatting van de Wereldbank.

Branden worden in Indonesië vrijwel allemaal met opzet aangestoken om bosgrond vrij te maken voor pulphout-, papier- en palmolieplantages. Het is van oudsher een gebruik van keuterboeren om op deze manier hun akkergrond uit te breiden. Recentelijk worden echter vooral grote plantagebedrijven als schuldigen aangewezen. Die zouden goede connecties hebben tot in de allerhoogste kringen van de Indonesische politiek, waardoor zij rustig hun gang kunnen gaan.

Volkskrant